Verzetsherdenkingskruis

Dit artikel gaat over het in 1980 ingestelde Verzetsherdenkingskruis. Voor het in 1946 ingestelde Verzetskruis, zie Verzetskruis
Verzetsherdenkingskruis
'de tyrannie verdrijven 1940-1945'

Het Verzetsherdenkingskruis is een Nederlandse onderscheiding.

Het Verzetsherdenkingskruis is geen koninklijke maar een nationale onderscheiding, die werd ingesteld bij Koninklijk Besluit (nr. 104) op 19 december 1980 ter gelegenheid van de 35ste herdenking van de bevrijding. De onderscheiding is bestemd voor deelnemers aan het verzet tegen de bezetters van Nederlands grondgebied in de Tweede Wereldoorlog.

De instelling van deze onderscheiding was controversieel. Enerzijds waren er rechthebbenden die het niet aanvroegen vanwege 'te weinig, te laat'. Anderzijds waren er ook die het wel aanvroegen, maar niet toegekend kregen vanwege gebrek aan bewijs van hun (vermeende) verzetsdaden. In totaal hebben meer dan 18.000 mensen het kruis aangevraagd, aan 15.300 van hen is het kruis toegekend.[1]

Het kruis is van zilver en werd door de Rijksmunt gemaakt. Het wordt gedragen na het Oorlogsherinneringskruis en voor het Ereteken voor Orde en Vrede. Behalve het model Verzetsherdenkingskruis kon diegene waar de onderscheiding toegekend werd ook een miniatuurkruis met baton apart zelf aanvragen. Het modelkruis wordt alleen gedragen bij officiële gelegenheden, het miniatuurkruis is voor speciale gelegenheden, door de drager zelf te kiezen.

Symboliek van het verzetsherdenkingskruis[bewerken | brontekst bewerken]

In de vormgeving van het Verzetsherdenkingskruis is het verzet tegen de bezetters van het grondgebied van het Koninkrijk der Nederlanden tijdens de Tweede Wereldoorlog tot uitdrukking gebracht. De achtergrond van dat verzet, in al zijn verscheidenheid, wordt weergegeven door de tekst in de horizontale balk - de tyrrany verdryven - die is ontleend aan het zesde couplet van het Wilhelmus. Het vlammende zwaard in de verticale balk verzinnebeeldt zowel de slagvaardigheid van het gewapende verzet als het vuur van het geestelijke verzet. De kleuren van het aan het kruis verbonden lint symboliseren de eenheid van Nederland en het Huis van Oranje, te midden van de duisternis en de rouw, die de bezetters over de bevolking van het Koninkrijk deden neerdalen.

Toekenningscriteria[bewerken | brontekst bewerken]

De onderscheiding wordt op eigen verzoek toegekend aan:

  • een ieder die behoorde tot een in het Koninklijk Besluit van 5 september 1944 Stb. E 62 genoemde erkende verzetsgroep of tot een andere bij de Buitengewone Pensioenraad dan wel de Stichting 1940-1945 bekende verzetsgroep
  • een ieder die blijkens een beschikking van de Buitengewone Pensioenraad als deelnemer aan het verzet in de zin van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945 is of wordt erkend, ongeacht of hij/zij al dan niet in het genot is van een pensioen krachtens deze wet
  • een ieder aan wie met toepassing van de Wet verbetering rechtspositie verzetsmilitairen (wet van 20 januari 1976 Stb. 19) onder de wapenen doorgebrachte tijd is toegekend
  • de militairen die hebben behoord tot de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten in bezet gebied (ingevolge artikel 2, 5e lid van de Wet verbetering rechtspositie verzetsmilitairen
  • een ieder, die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Oost-Azië op door Japan bezet gebied of Japans gebied aan, naar het oordeel van het betreffende comité, bedoeld in artikel 4, als verzet tegen de vijand aan te merken handelingen heeft deelgenomen
  • een ieder die, niet vallende onder de bepalingen van a. tot en met e., naar het oordeel van het comité als bedoeld in artikel 4, eveneens als verzetsdeelnemer kan worden beschouwd.

Toekenning zal niet geschieden aan degene die zich tijdens de bezetting van het Koninkrijk uit Nederlands nationaal oogpunt beschouwd onwaardig heeft gedragen.

De toekenning van het Verzetsherdenkingskruis, kan postuum geschieden.

In het Koninklijk Besluit is geen sprake van het weer ontnemen van het Verzetsherdenkingskruis. Wanneer een drager voor een misdrijf wordt veroordeeld kan de rechter niet bepalen dat de veroordeelde het Verzetsherdenkingskruis moet inleveren of niet meer mag dragen. Er is ook geen sprake van het automatisch verlies van het kruis zoals dat gebeurt wanneer een Ridder in een Nederlandse Ridderorde wordt veroordeeld wegens een misdrijf. Toen in 2011 de dader van de naoorlogse moord op ir. Felix Guljé, de 96-jarige Atie Ridder-Visser, bekend werd, mocht zij haar Verzetsherdenkingskruis dan ook houden.

Uitreiking[bewerken | brontekst bewerken]

De eerste uitreiking(en) van het Verzetsherdenkingskruis heeft plaatsgevonden tijdens een plechtigheid in de Nieuwe Kerk te Amsterdam, op 5 mei 1981 door de toenmalige Koningin Beatrix der Nederlanden.

Een groot deel van degenen aan wie het verzetsherdenkingkruis toegekend werd, nabestaanden van de postume toekenning inbegrepen, gaf de voorkeur aan toezending per post.

Daarentegen wenste een aantal wel een speciale bijeenkomst. Door het Nationaal Comité is steeds gepoogd aan deze wens tegemoet te komen. Dankzij de medewerking van Z.K.H. Prins Bernhard der Nederlanden, van Commissarissen der Koningin en van Burgemeesters, kon een groot aantal officiële uitreikingsbijeenkomsten worden gehouden.

Daarbij moet ook worden vermeld dat door vertegenwoordigers van de Buitenlandse Dienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, in de verschillende landen waar deze uitreikingen buiten Nederland werden verricht, voortreffelijk medewerking werd gegeven.

Decorandi (met eigen Wikipedia-pagina)[bewerken | brontekst bewerken]

Niet alle 15.300 gedecoreerden kunnen hier vermeld worden. Hieronder staan degenen wier daden of levenswijze voldoende aanleiding gaven tot een eigen Wikipedia-pagina.

  A · B · C · D · E · F · G · H · I · J · K · L · M · N · O · P · Q · R · S · T · U · V · W · X · Y · Z  

A[bewerken | brontekst bewerken]

B[bewerken | brontekst bewerken]

C[bewerken | brontekst bewerken]

D[bewerken | brontekst bewerken]

E[bewerken | brontekst bewerken]

F[bewerken | brontekst bewerken]

G[bewerken | brontekst bewerken]

H[bewerken | brontekst bewerken]

I[bewerken | brontekst bewerken]

J[bewerken | brontekst bewerken]

K[bewerken | brontekst bewerken]

L[bewerken | brontekst bewerken]

M[bewerken | brontekst bewerken]

O[bewerken | brontekst bewerken]

P[bewerken | brontekst bewerken]

R[bewerken | brontekst bewerken]

S[bewerken | brontekst bewerken]

T[bewerken | brontekst bewerken]

U[bewerken | brontekst bewerken]

V[bewerken | brontekst bewerken]

W[bewerken | brontekst bewerken]

Z[bewerken | brontekst bewerken]

Duitse dragers van het Verzetsherdenkingskruis[bewerken | brontekst bewerken]

Een aantal Duitse antifascisten was betrokken bij het Nederlandse verzet. Na de oorlog zijn zes Duitsers en een Oostenrijker geëerd met het Verzetsherdenkingskruis. Het zijn: de tekenaar Fritz Behrendt, Karl B.R.P. Gröger, Joep Henneböhl, Fritz en Ingeborg Kahlenberg, Gustav H. Müller en Belinde M. Thöne-Siemens.[2]

Legeronderdelen[bewerken | brontekst bewerken]

De volgende legeronderdelen zijn met het Verzetsherdenkingskruis onderscheiden:

Alleen het Regiment Stoottroepen Prins Bernhard voert de onderscheiding als vaandeldecoratie.

Lijst van Bijzondere uitreikingen[bewerken | brontekst bewerken]

  • Kazernes vernoemd naar verzetsstrijders

Op 15 maart 1984 werd in de Prins Willem Alexanderkazerne te Gouda, door Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard der Nederlanden het verzetsherdenkingkruis - postuum toegekend aan Generaal-majoor Henri Koot, Luitenant Kolonel Christiaan Tonnet en Johannes Post - uitgereikt aan de kazernes die de naam van deze verzetsstrijders dragen.

  • Politie Academie, vernoemd naar verzetsstrijder

Op 28 november 1984 werd door Z. K. H. Prins Bernhard der Nederlanden, het postuum toegekende verzetsherdenkingskruis aan Samuel Esmeijer, uitgereikt aan de Nederlandse Politie Academie te Apeldoorn.

  • Onbekende Verzetsstrijder

In het kader van het Internationaal Verzetscongres te Rotterdam werd op 7 juni 1985 door Z.K.H. Prins Bernhard der Nederlanden het verzetsherdenkingskruis uitgereikt aan de onbekende verzetsstrijder in Nederland en aan de onbekende Nederlandse verzetstrijder in Oost-Azië[3].

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

Gedenkboek Verzetsherdenkingskruis, Samson Uitgeverij 1985.

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]