Theorie

Een theorie: het atoommodel van Bohr (1913) voor een atoom met atoomnummer Z.
Een elektron springt vanuit een hogere baan (n=3) rond de atoomkern naar een lagere baan (n=2). Vanwege behoud van energie wordt het energieverschil ΔE van het elektron in de twee banen uitgezonden als elektromagnetische straling, bijvoorbeeld licht. De uitgezonden energie wordt volgens Planck geschreven als de constante van Planck h maal de frequentie ν (bij licht de kleur) van de uitgezonden straling

Een theorie is een geheel van denkbeelden, hypothesen en verklaringen die in onderlinge samenhang worden beschreven. In de wetenschap is een theorie vaak een getoetst model ter verklaring van waarnemingen van de werkelijkheid.

Bewijzen, weerleggen en vervangen van theorieën[bewerken | brontekst bewerken]

De juistheid van een theorie kan althans volgens de wetenschapsfilosoof Karl Popper nooit absoluut bewezen (geverifieerd) worden (wel zeer aannemelijk worden gemaakt).[1] Dit komt doordat hoeveel bevestigende waarnemingen er ook gedaan worden, er nooit helemaal uitgesloten kan worden dat de volgende waarneming een andere uitkomst zal geven, of dat een andere theorie de waarnemingen ook kan verklaren. Als meer onafhankelijke waarnemers dezelfde waarneming doen, kan er overeenstemming worden bereikt over de juistheid van een dergelijke waarneming. Inductivisten meenden uit een eindig aantal van dergelijke waarnemingen universeel geldige uitspraken over de werkelijkheid te kunnen doen.

Een goede theorie is falsificeerbaar, dat wil zeggen dat deze toetsbare voorspellingen doet, zodat de theorie zich blootstelt aan mogelijke weerlegging in de praktijk. Deze voorspellingen worden getoetst aan nieuwe waarnemingen. Als de voorspellingen overeenstemmen met die waarnemingen wint de theorie aan geloofwaardigheid. Bij weerlegging is er duidelijkheid gekomen: de oude theorie werkt blijkbaar niet, er moet een nieuwe komen. Het doel van de verklaring en voorspelling is het begrijpen van het verschijnsel waarover de theorie iets zegt. Als een theorie geen aangrijpingspunten in de werkelijkheid biedt (niet-toetsbaar is en dus ook niet weerlegd kan worden), heeft de wetenschap daar niets aan: de theorie is niet eens fout (nicht einmal falsch, een uitspraak van de Oostenrijkse theoretisch natuurkundige Wolfgang Pauli). Een foute theorie is tenminste wel nuttig als die waarnemingen uitlokt waarmee de foute theorie weerlegd kan worden. Zo wordt de zoektocht naar een betere aangejaagd.

Uit de geschiedenis van de wetenschap blijken veel theorieën ooit vervangen te zijn door een andere. Meestal gebeurt dit als de eerste theorie wordt gefalsifieerd: de theorie doet voorspellingen die bij het experiment onjuist blijken. Een andere reden kan zijn dat de nieuwe theorie meer omvattend is. Volgens Thomas Kuhn spelen ook andere-niet rationele overwegingen een grote rol.[2] Een goede nieuwe theorie is in zekere zin consistent met de voorgaande doordat ook de daarmee overeenstemmende waarnemingen te voorspellen moeten zijn. Een weerlegde theorie wordt vaak nog aangehangen door onderzoekers die er hun leven lang mee gewerkt hebben en verdwijnt pas met hun overlijden, waarmee de paradigmaverschuiving voltooid is.

Een natuurwetenschappelijke theorie kan worden getoetst met behulp van waarnemingen eventueel als resultaat van experimenten. Er zijn tot nu toe geen waarnemingen gedaan die in strijd zijn met de relativiteitstheorie. Hetzelfde geldt voor de theorie van de kwantummechanica.

Sommige theorieën zijn door experimenten weerlegd, zoals de flogistontheorie en de theorie omtrent de werking van de ether.

Voorbeelden van theorieën[bewerken | brontekst bewerken]

Belangrijke voorbeelden van theorieën zijn:[3]

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Bersselaar, V. van den; Wetenschapsfilosofie in veelvoud, 2e druk, Coutinho Bussum 2003.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Wikiquote heeft een of meer citaten van of over Theorie.