Tandheelkunde

Een tandarts en een assistent opereren een patiënt
Polygoonjournaal uit 1949. Eerste rijdende tandheelkundige kliniek in Nederland.
In India worden tanden vaak op straat getrokken, in plaats van in een kliniek.

Tandheelkunde (odontologie) is het medische vakgebied dat zich bezighoudt met het herkennen, voorkomen en behandelen van ziekten van de tanden en de omringende structuren.

Werkvelden[bewerken | brontekst bewerken]

Binnen de tandheelkunde zijn de volgende deeldisciplines te onderscheiden:

De tandarts als algemeen practicus dient op al deze gebieden kennis en ervaring te hebben, want alle komen in de algemene praktijk voor. Voor uitgebreide behandeling op het gebied van een van deze disciplines bestaat er echter de mogelijkheid tot horizontale of verticale verwijzing naar een specialist dan wel gedifferentieerd tandarts. Als specialisatie worden onderscheiden de kaakchirurg en de orthodontist.

Aanverwante beroepen[bewerken | brontekst bewerken]

De tandarts doet soms een beroep op meer technisch dan medisch geschoolde deskundigen. Soms ook is de kennis van de tandarts te algemeen en moet hij de patiënt doorsturen naar chirurgen. Deze aanverwante beroepen zijn:

Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

De studie tandheelkunde is mogelijk in Groningen (RUG), Nijmegen (RU) en Amsterdam (ACTA - gemeenschappelijk UvA en VU). De studie duurt zes jaar (zowel bachelor- als masterstudie bestaan uit een driejarig curriculum). Na voltooiing van de masterfase wordt de titel tandarts verkregen. Er zijn specialisaties mogelijk tot orthodontist en kaakchirurg. Na het voltooien van de opleiding wordt de specialist ingeschreven in een wettelijk erkend register. Tandartsen kunnen zich differentiëren in deelgebieden van de tandheelkunde. De erkenning na het voltooien van de doorgaans masteropleidingen vindt plaats via de wetenschappelijke beroepsorganisaties in het desbetreffende veld, maar deze heeft geen wettelijke status anders dan de tandheelkundige vooropleiding.

Tandartsen zijn verenigd in twee beroepsorganisaties, te weten de Associatie Nederlandse Tandartsen (ANT) en de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Tandheelkunde (KNMT).

Een in Nederland praktiserend tandarts dient ingeschreven te zijn in het BIG-register. Tevens dient hij of zij aangesloten te zijn bij een klachtencommissie voor patiënten. Zowel de ANT als de KNMT hebben voor hun leden klachtencommissies in het leven geroepen. Indien een tandarts niet is aangesloten bij een van de beroepsorganisaties dient de tandarts te voorzien in een eigen klachtenregeling.

Voor tandheelkundige zorg gelden vaste tarieven, vastgesteld door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).[1]

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie Dentistry van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.