Parliament of Fowls

Parliament of Fowls of Parlement of Foules (Parlement van Vogels), ca. 1380-1382,[1] is een gedicht van Geoffrey Chaucer (ca. 1343-1400) bestaande uit ongeveer 700 versregels. Het gedicht behoort tot het literaire genre van het droomvisioen en is opgesteld in rhyme royal (koninklijk rijm). Interessant is verder dat het de eerste bekende verwijzing bevat naar het vieren van Valentijnsdag, een speciale dag voor geliefden.

Bronnen en analogieën[bewerken | brontekst bewerken]

In 'The Parliament of Fowls' zien we de invloed van Franse en Italiaanse voorgangers die ook gebruikmaakten van het thema van de ommuurde tuin en de vergadering van vogels. Chaucers behandeling is echter veel complexer. Hij maakt bespiegelingen over de wereld 'buiten de tuin' van Boccaccio en zijn tempel van Venus: over politiek, filosofie en standenconflicten, en ondermijnt hiermee ook Alain de Lilles visie van de Natuur als aardse harmonie.

Inhoud[bewerken | brontekst bewerken]

Het gedicht begint met een verteller die Cicero's Somnium Scipionis leest in de hoop er een bepaald ding (certeyn ding) uit te leren. Als hij in slaap valt, verschijnt Scipio Africanus en begeleidt hem in zijn droom doorheen de hemelse sferen en naar de tempel van Venus. De verteller gaat vervolgens door de donkere tempel van Venus "met zijn friezen van de verdoemde geliefden" naar buiten in de felle zon waar de natuur een parlement van vogels heeft bijeengeroepen, waarop ze allen hun partner kunnen kiezen. Drie mannelijke adelaars trachten de kandidate voor zich te winnen, maar de vogels van lagere stand protesteren heftig. Dan volgt een komisch parlementair debat dat uiteindelijk door de natuur zelf wordt beëindigd. Geen van de mannelijke arenden wint de vrouwelijke vogel voor zich. De Natuur staat haar toe om haar beslissing nog een jaar uit te stellen. De dromer ontwaakt, nog steeds ontevreden, en keert terug naar zijn boeken, in de hoop alsnog te vinden waar hij naar op zoek is.

Manuscripten[bewerken | brontekst bewerken]

Als bron voor dit gedicht worden 15 manuscripten gebruikt:

  • British Library, Harley 7333
  • Cambridge University Library Gg. IV.27
  • Cambridge University Library Ff. I.6 (Findern)
  • Cambridge University Library Hh.IV.12 (onvolledig)
  • Pepys 2006, Magdalene College, Cambridge
  • Trinity College, Cambridge R.III.19
  • Bodleian Library, Arch. Selden B.24
  • Bodleian Library, Laud Misc. 416
  • Bodleian Library, Fairfax 16
  • Bodleian Library, Bodley 638
  • Bodleian Library, Tanner 346
  • Bodleian Library, Digby 181
  • St. John's College, Oxford, J LVII
  • Longleat 258, Longleat House, Warminster, Wilts

William Caxtons vroege druk uit 1478 wordt beschouwd als de meest gezaghebbende. De stemma (stambomen) en genealogie die vermelde autoriteiten opgaven, werden in 1881 onderzocht door John Koch en in 1902 vastgelegd door Eleanor Prescott Hammond. Zij deelde ze op in twee grote groepen, A en B (laatste vijf MSS).

Trivia[bewerken | brontekst bewerken]

Referenties[bewerken | brontekst bewerken]

  1. The Riverside Chaucer, derde editie (1987), in het hoofdstuk 'The canon and chronology of Chaucer's works', p. xxvi