Lijst van gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog: 1941

Duitse inval in de Sovjet-Unie

Dit is een lijst van gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog tijdens het jaar 1941.

Opmerking: Bij het opzoeken van gebeurtenissen naar datum gebeurt het soms dat verschillende officiële bronnen elkaar qua datum tegenspreken. Vrijwel altijd zijn deze verschillen zeer klein, meestal één dag verschil. De oorzaak hiervan is te vinden in het feit dat bepaalde militaire acties tijdens de nacht starten en nog doorlopen in de vroege uren van de volgende dag. Ook gebeurt het dat een auteur de situatie beschrijft wanneer de actie volledig afgelopen is, met andere woorden de dag na de overgave, de dag na de vredesonderhandeling, enz. Ook zij opgemerkt dat het einde van een militair offensief of campagne niet steeds eenduidig te bepalen is. De bepaling van de datum is afhankelijk van de referentie die door de auteur werd gebruikt. Er is getracht in deze lijst zo veel mogelijk de exacte referentie van de datum aan te duiden via een omschrijving van wat er gebeurd is of bedoeld werd.

Januari[bewerken | brontekst bewerken]

1 januari

  • De Britse luchtmacht bombardeert Bremen.
  • De Britten dringen Libië binnen en rukken op naar Bardia.
  • Duitse bommenwerpers bombarderen, al dan niet abusievelijk, Ierland.

2 januari

4 januari

  • De Grieken hervatten hun opmars in Albanië. Hun doel is inname van Klisura.

5 januari

  • De Britten nemen Bardia in en maken ca. 40.000 Italianen krijgsgevangen.
  • Gevechten beginnen tussen nationalistische en communistische troepen in China.
  • Nadat een vermeende aanval van troepen uit Frans Indochina op de grensplaats Aranyaprathet, steken Thaise troepen de grenzen met Laos en Cambodja over.

6 januari

8 januari

10 januari

10 januari

  • Alle joodse inwoners van Nederland moeten zich laten registreren. Ook wie slechts één joodse voorouder heeft gehad, dient zich te melden. Zij moeten daartoe één gulden te betalen.
  • Bij de eerste Duitse actie in het Middellandse Zeegebied valt de Luftwaffe een Brits konvooi aan. Het vliegdekschip HMS Illustrious raakt ernstig beschadigd.

11 januari

12 januari

  • De kleine zeehaven Tobroek wordt veroverd door Britse, Australische en Nieuw-Zeelandse troepen.

13 januari

14 januari

16 januari

17 januari

18 januari

  • Een Duits bombardement maakt het vliegveld van Malta onbruikbaar.

19 januari

20 januari

  • Het Afrikakorps, onder leiding van Erwin Rommel, wordt naar Afrika gestuurd om de Italianen te helpen.
  • In Bulgarije worden de eerste anti-Joodse maatregelen afgekondigd.

21 januari

22 januari

  • Britse troepen vanuit Aicotta nemen de achterhoede van de Italiaanse troepen in het zwaar verdedigde Keru gevangen en snijden de stad af van de rest van Eritrea.

24 januari

  • De Thai bombarderen het vliegveld van Angkor.

25 januari

26 januari

27 januari

29 januari

30 januari

  • De Britten veroveren Derna.
  • De Japanners bereiken Wuyang.

31 januari

Februari[bewerken | brontekst bewerken]

1 februari

  • De Britten nemen Agordat (Eritrea) in.

2 februari

5 februari

  • De Britten in Libië bereiken de kustweg ten zuiden van Benghazi, waar ze strijd leveren met de zich terugtrekkende Italianen in de Slag bij Beda Fomm.

6 februari

7 februari

9 februari

10 februari

11 februari

  • De Britten nemen Afmadu (Italiaans Somaliland) in.

12 februari

13 februari

  • Op Duits bevel is uit de Amsterdamse joodse burgerij een zogeheten Joodse Raad geformeerd. Men sprak af dat de Raad in 'hoofdzaak een uitvoerende en overbrengende taak zal hebben, doch geen verantwoordelijkheid kan dragen voor de opdrachten die hij heeft over te brengen'. Ook stelde men dat men niet zo ver kan gaan 'voor de joden oneervolle opdrachten te aanvaarden.'
  • Besloten wordt om vijfduizend Weense Joden in de komende maanden naar de vernietigingskampen in Polen te deporteren.

14 februari

15 februari

  • De besturen van acht Groningse studentenverenigingen richten een brief tot de Duitse gevolmachtigde voor de provincie Groningen naar aanleiding van de invoering van een numerus clausus (beperking van het aantal) voor Joodse studenten. Deze brief - aan de gemachtigde persoonlijk afgegeven - houdt onder meer in, dat de verenigingen hierin een directe aantasting van de Nederlandse traditie (van) vrijheid van studie zonder onderscheid van ras of geloof (zien). Daarenboven menen wij, dat deze maatregelen in strijd zijn met het Volkenrecht. ...Daarom komen wij met kracht op tegen deze bovengenoemde onrechtmatigheid. De besturen verzoeken hun leden dringend na dit duidelijke protest verdere demonstraties achterwege te laten.

16 februari

  • De Britten bevelen dat Cyrenaica bezet moet worden met het minimaal aantal benodigde troepen, zodat de rest van de Britse troepen beschikbaar is voor actie in Griekenland.

17 februari

  • Bulgarije en Turkije sluiten onder Duitse druk een vriendschapsverdrag. Turkije accepteert de mogelijkheid dat Duitse troepen door Bulgarije trekken. Turkije zal geen deel uitmaken van een verbond tegen Duitsland tenzij het zelf door Duitsland aangevallen wordt.

18 februari

19 februari

22 februari

  • IG Farben besluit tot oprichting van de Buna-Werke bij Auschwitz
  • Eerste Duitse razzia's op Joden in Amsterdam. De razzia's duren twee dagen.
  • De Britten en Zuid-Afrikanen veroveren Jilib.

24 februari

25 februari

  • Uit protest tegen twee razzia's wordt in Amsterdam de Februaristaking georganiseerd. De staking wordt hard neergeslagen: er vallen hierbij negen doden en vierentwintig zwaargewonden.
  • De Britten nemen Marka in en bereiken het gedemilitariseerde Mogadishu.

26 februari

28 februari

Maart[bewerken | brontekst bewerken]

De geallieerden (blauw en rood) en de asmogendheden (zwart), maart 1941.

1 maart

2 maart

4 maart

5 maart

7 maart

10 maart

  • Nigeriaanse soldaten nemen Daghabur in. Hun opmars (930 kilometer vanaf Mogadishu in minder dan 10 dagen) geldt als de snelste militaire achtervolging ooit tot dan toe.

11 maart

12 maart

  • Verordening tot verwijdering van Joden uit het Nederlandse bedrijfsleven.

13 maart

  • De achttien ter dood veroordeelden worden gefusilleerd.

14 maart

16 maart

19 maart

  • De Luftwaffe bombardeert Londen.

24 maart

25 maart

26 maart

  • De Italianen geven Keren op.
  • In de Sovjet-Unie worden de troepen langs de westgrens in hoogste graad van paraatheid gebracht en de verdediging versterkt.

26-27 maart

  • In Joegoslavië vindt een staatsgreep plaats door Servische officieren onder leiding van Borivoje Mirković die zich verzetten tegen de pro-Duitse koers van de regering. Koning Paul wordt gedwongen tot aftreden ten gunste van zijn zoon Peter II. Een nieuwe regering wordt gevormd onder Dušan Simović.

28 maart

  • In de Slag bij Kaap Matapan boekt de Royal Navy een zege op de Italiaanse vloot.
  • Alle Duitse schepen die zich in Amerikaanse havens bevinden worden in beslag genomen.

29 maart

31 maart

April[bewerken | brontekst bewerken]

De geallieerden (blauw), de Sovjetunie (rood) en de asmogendheden (zwart) in april 1941.

1 april

1-3 april

2 april

3 april

5 april

6 april

7 april

8 april

9 april

10 april

  • De Australiërs en Britten in Tobroek zijn omsingeld. Begin van het beleg van Tobroek.
  • De Duitsers veroveren Zagreb.
  • Nabij Vevi vindt het eerste contact plaats tussen Duitse en Britse troepen in Griekenland.
  • Een Amerikaanse torpedobootjager bestookt een Duitse onderzeeboot met dieptebommen, de eerste openlijke militaire actie van de Amerikanen in de oorlog.

11 april

12 april

13 april

14 april

  • Het Afrikakorps bereikt de Egyptische grens.
  • In Parijs worden voor de eerste keer op grote schaal Joden gearresteerd. In totaal worden er 3.600 Joden opgepakt.
  • De Duitsers nemen Katerini in.
  • Russische troepen langs de westgrens krijgen opdracht 'gevechtsklaar' te staan.

15 april

16 april

  • Zware bombardementen op Londen.
  • De Duitsers overweldigen de Nieuw-Zeelandse verdedigers bij Platamon en steken de Pinios over.
  • Verdere Britse versterkingen in Griekenland vanuit Egypte worden afgeblazen.

17 april

  • Joegoslavië capituleert.
  • De Griekse premier Alexandros Koryzis pleegt zelfmoord.
  • Begin van de Slag bij Combolcia, waarin de Italianen trachten te voorkomen dat de Zuid-Afrikanen Dessie innemen, waarheen de Italianen zijn teruggetrokken na de val van Addis Abeba.
  • In een geheim overleg belooft de regering van IJsland zich niet te verzetten tegen een vervanging van de bestaande Britse bezetting door een Amerikaanse.

19 april

  • Zware bombardementen op Londen.
  • De Duitsers nemen Larissa in.

20 april

  • Zware bombardementen op Londen.

21 april

  • Meer dan 200.000 Griekse soldaten in het Grieks-Albanese grensgebied geven zich over aan de Duitsers. De voorwaarden voor de overgave zijn mild: De soldaten worden niet krijgsgevangen gemaakt, maar mogen gedemobiliseerd naar hun woonplaats terugkeren. Mussolini is verbolgen dat de Grieken zich enkel aan de Duitsers overgeven en niet ook aan de Italianen.
  • De Duitsers veroveren Volos.

22 april

  • De Britten beginnen de evacuatie van zowel burgers als militairen uit Griekenland.

23 april

  • Koning George II en de Griekse regering worden geëvacueerd naar Kreta.

24 april

25 april

26 april

27 april

28 april

  • Salloum (Egypte) wordt door het Afrikakorps veroverd.

29 april

30 april

Mei[bewerken | brontekst bewerken]

1 mei

  • In Nederland mogen Joden niet meer in schouwburgen en bioscopen komen, uitgezonderd de zgn. joodse theaters. Daar mogen geen ariërs komen.
  • De eerste van zeven opeenvolgende nachten met bombardementen op Liverpool.

2 mei

  • De Britten voeren pre-emptieve luchtaanvallen uit op Irakese troepen. Begin van de Anglo-Irakese Oorlog.

5 mei

6 mei

7 mei

  • De Japanners beginnen een grootscheepse aanval om de Chinezen uit zuidelijk Shanxi te verdrijven, de Slag bij Jinnan,

8 mei

  • De Japanse aanval in Shanxi steekt de Gele Rivier over vanuit het noorden, waardoor de Chinese troepen in het gebied in tweeën worden gesplitst.

9 mei

  • De Duitse U-boot U110 wordt in een gevecht met Britse schepen door de bemanning verlaten. De Britten komen hierdoor in het bezit van een werkende Enigma-machine en het bijbehorende codeboek.
  • Een vredesverdrag in Tokio brengt de Frans-Thaise oorlog officieel tot een einde.

10 mei

11 mei

  • Rudolf Hess landt in Schotland en wordt gevangengenomen.

12 mei

13 mei

  • Adolf Hitler geeft instructies voor Operatie Barbarossa aan de leiding van de Wehrmacht. Wehrmachtsoldaten krijgen vrije hand om actie te ondernemen tegen Sovjetburgers die ervan verdacht worden zich tegen de Duitsers verzetten, inclusief moord en represailles.

14 mei

  • De Duitsers beginnen grootschalige luchtaanvallen op Malta.

15 mei

  • De Britten lanceren een tegenaanval in de richting van Salloum.
  • De Britten voeren bombardementen uit op Vichy-Franse vliegvelden in Syrië.
  • Aimone van Spoleto wordt door Victor Emanuel III gekroond tot koning van Kroatië onder de naam Tomislav II. Aimone boycot zijn eigen kroning in protest tegen de Italiaanse annexatie van de kust van Dalmatië.

16 mei

  • Amadeo van Aosta, de hoogste gezaghebber van het Italiaanse leger in Oost-Afrika zendt generaal Giovan Battista Volpini naar de Britten om over overgave te onderhandelen, doch deze wordt door de lokale bevolking gedood.

18 mei

  • De Italianen in Oost-Afrika onder Amadeo van Aosta capituleren voor de Britten, hoewel lokaal het verzet op sommige plaatsen nog aanhoudt.
  • De staking in de Belgische staalindustrie komt succesvol tot een einde: de lonen worden verhoogd en er zullen geen maatregelen volgen tegen de stakingsleiders.

20 mei

21 mei

  • De Nieuw-Zeelandse infanterie, trekken per vergissing terug van heuvel 107, die een overzicht gaf op het vliegveld van Malème. Een strategische blunder zo bleek, want de Duitsers konden hierdoor 14000 manschappen per vliegtuig aan land brengen.
  • Een Duitse U-Boot brengt het Amerikaanse vrachtschip Roger Moor tot zinken. Dit leidt tot zware Amerikaanse protesten, omdat de VS nog steeds neutraal zijn, en het schip niet naar de geallieerden onderweg was (maar naar Portugees Mozambique).
  • De Duitsers nemen het vliegveld van Malème in.

22 mei

  • In de nacht van 21 op 22 mei zetten twee Nieuw-Zeelandse bataljons een tegenaanval in op het vliegveld van Malème. Het vliegveld wordt niet ingenomen en de geallieerden moeten zich terugtrekken om niet ingesloten te raken.

23 mei

24 mei

  • De Britten gaan op zoek naar de Bismarck. Ze verliezen daarbij de Engelse slagkruiser HMS Hood.

26 mei

  • Alle Nederlandse orkesten zijn gecontroleerd en Joodse musici zijn van deelname eraan uitgesloten.

27 mei

28 mei

30 mei

31 mei

Juni[bewerken | brontekst bewerken]

1 juni

  • De laatste verdedigers op het eiland Kreta geven zich over.

2 juni

  • Ook in Frankrijk worden speciale verordeningen uitgevaardigd tegen Joden.

4 juni

  • In Nederland worden badplaatsen, plantsoenen enz. verboden voor Joden.
  • De Britten bombarderen Beiroet en omgeving.
  • De voormalige keizer Wilhelm II overlijdt.

5 juni

6 juni

8 juni

10 juni

11 juni

  • In Den Haag en Amsterdam vinden razzia's op Joden plaats.

13 juni

  • De Vichy-regering gebiedt alle (niet-Franse) joodse burgers in het niet-bezette deel van Frankrijk te interneren. De anti-joodse maatregel zou een eigen initiatief zijn van de Vichy-regering.
  • Slag bij Jezzine: De Australiërs verslaan de Vichy-Fransen.

14 juni

15 juni

16 juni

  • De Amerikanen sluiten de Duitse en Italiaanse consulaten in de VS.

17 juni

  • Britse troepen trekken westwaarts vanuit Irak en vormen aldus een nieuw front in de strijd in Syrië.
  • Operatie Battleaxe wordt beëindigd en de Britten trekken zich terug naar de frontlinie van 15 juni. De Britten zijn een groot aantal tanks verloren zonder ook maar enig voordeel te hebben behaald.

18 juni

19 juni

21 juni

22 juni

23 juni

24 juni

25 juni

26 juni

27 juni

  • Britse codebrekers in Bletchley Park breken de Enigma-code zoals gebruikt door het Duitse leger in Rusland. De verkregen informatie wordt doorgespeeld aan de Sovjet-Unie, maar de bron van deze informatie wordt geheim gehouden.

29 juni

  • Albanië verklaart de Sovjet-Unie de oorlog.
  • Het Russische leger krijgt opdracht dat als een dorp verlaten wordt voor de Duitse opmars, alle waardevolle zaken, zoals voedsel en brandstof meegenomen dan wel vernietigd moet worden.
  • Duitse legers vanuit het noorden en zuiden ontmoeten elkaar bij Minsk, waarmee een groot aantal Russische troepen tussen Białystok van de rest van het Russische leger wordt afgesneden.

30 juni

Juli[bewerken | brontekst bewerken]

De geallieerden (blauw en rood) en asmogendheden (zwart) in juli 1941.

1 juli

2 juli

3 juli

  • Roemeense en Duitse troepen beginnen een grootschalige aanval op de Sovjet-Unie vanuit Roemenië.
  • De afgesneden Russische troepen rond Białystok geven zich over. De Duitsers hervatten hun opmars, nu in de richting van Smolensk.
  • De Duitse tanktroepen, die tijdelijk hadden stilgehouden om te hergroeperen, hervatten hun opmars.

4 juli

5 juli

  • Ontbinding van alle politieke partijen in Nederland.

6 juli

7 juli

8 juli

9 juli

10 juli

11 juli

12 juli

  • De troepen van Vichy-Frankrijk in Syrië en de geallieerden starten onderhandelingen over een wapenstilstand.

13 juli

  • In een Russische tegenaanval worden Rahačoŭ en Zjlobin (tijdelijk) terugveroverd.

14 juli

  • In Syrië tekent de Vichy-regering een wapenstilstandsverdrag met Groot-Brittannië.
    • Syrië en Libanon komen tot het einde van de oorlog onder geallieerde bezetting
    • Alle oorlogsmaterieel wordt aan de geallieerden overgedragen
    • Alle krijgsgevangenen van beide zijden worden vrijgelaten; de Vichy-Fransen kunnen terugkeren naar Frankrijk, toetreden tot de Vrije Fransen of als burgers in Syrië blijven
  • Bij Orsja wordt de Russische Katjoesja-raketlanceerder voor het eerst gebruikt, met succes.

15 juli

  • Een Russische tegenaanval ten oosten van Pskov snijdt de Duitse 8e Panzerdivisie af van de hoofdmacht. Ze weten het contact te herstellen, maar verliezen 70 tanks, de helft van het totaal. De aanval is het begin van een driedaagse tegenaanval, bedoeld om tijd te winnen voor de aanlag van verdedigingswerken rond Leningrad.

16 juli

  • De Finnen bereiken het Ladogameer vanuit het noorden, daarmee het Russische leger ten westen van het meer afsnijdend van de hoofdmacht.
  • De Wehrmacht trekt Smolensk binnen.

17 juli

  • Canada voert de dienstplicht in.

19 juli

20 juli

  • Het eerste Britse schip met militaire hulp voor de Sovjet-Unie vertrekt naar Archangelsk.

21 juli

22 juli

23 juli

  • Het Sovjet-Russische garnizoen in Brest-Litovsk, dat 30 dagen lang achter de frontlinie heeft standgehouden, geeft zich over.

26 juli

  • Landing van Japanse troepen in Indo-China.
  • President Roosevelt kondigt een olie-embargo tegen Japan af. Alle Japanse bezittingen in de Verenigde Staten worden bevroren.
  • Propaganda van de Nederlandse Unie wordt verboden.
  • Om 1 uur s'nachts begon de Slag om Bengtskär, deze resulteerde in een Finse overwinning. Maar de overwinning had een prijs. De strijd eenendertig doden en vijfenveertig gewonden van de Finse gelederen geëist. Zestig Sovjet troepen verloren het leven. Achtentwintig Sovjets werden gevangengenomen.

28 juli

29 juli

30 juli

  • De Amerikaanse kanonneerboot Tutuila raakt beschadigd bij een Japans bombardement in Chongqing.

Augustus[bewerken | brontekst bewerken]

1 augustus

5 augustus

  • De Britten sturen versterkingen naar Singapore.

8 augustus

9 augustus

11 augustus

  • Legergroep Zuid lanceert een offensief richting de Zwarte Zee.
  • Algemene mobilisatie in Japan.

12 augustus

14 augustus

  • De Duitsers doden vijf mensen uit Westmaas omdat ze geallieerde piloten hebben geholpen.
  • Hitler geeft het tweede leger opdracht zuidwaarts op te rukken, en zo de Oekraïne vanuit het noorden aan te vallen.

15 augustus

  • De Duitsers hebben grote delen van Oekraïne veroverd.

16 augustus

  • Duitse aanval en inname van Novgorod.
  • Stalin beveelt dat de Russische troepen onder geen beding zich mogen overgeven; soldaten en bevelhebbers die dat toch doen zullen als landverraders worden behandeld.
  • De Niederländische Grundstücksverwaltung wordt opgericht om Joods onroerend goed te registreren en ariseren. Dit is de eerste stap in de grootschalige onteigening van Joods onroerend goed.

17 augustus

  • De Russen voltooien de evacuatie en ontmanteling van hun marinebasis in Mykolajiv.

18 augustus

  • De eerste tweehonderd gevangenen komen aan in Kamp Amersfoort. Het is een groep communisten die eerder was geïnterneerd in Kamp Schoorl
  • De Duitsers veroveren Pochep.

19 augustus

21 augustus

  • De Russen trekken zich terug uit Gomel.
  • Hitler verwerpt opnieuw het voorstel van zijn generaals om een aanval op Moskou te ondernemen. In plaats daarvan moeten voor de winter de Krim en het Donbekken worden ingenomen, en Leningrad van de rest van de Sovjetunie worden afgesloten door een verbinding tussen de Duitsers en Finnen.
  • De Duitsers nemen Tsjoedovo in, waarmee de spoorlijn Moskou-Leningrad niet meer bruikbaar is voor de Russen.

24 augustus

  • Winston Churchill maakt bekend dat de Duitsers in Oost-Europa grootschalige executies uitvoeren.
  • Het Duitse Aktion T4-programma, waarin gehandicapten ter dood worden gebracht of gesteriliseerd, wordt beëindigd.

25 augustus

  • Britse en Sovjettroepen rukken Iran binnen.

26 augustus

  • De Britten nemen Abadan en omgeving in.
  • De Russen trekken Tabriz binnen.
  • De regering van Iran treedt af.

27 augustus

28 augustus

29 augustus

  • Joodse leerlingen worden van de scholen verwijderd.
  • De Britse en Russische troepen in Iran maken contact bij Qazvin.
  • De Duitsers veroveren Mga, waarmee de laatste railverbinding tussen Leningrad en de rest van de Sovjetunie wordt doorbroken.

31 augustus

  • Alle Joden in Vilnius worden gearresteerd en naar Ponary overgebracht, waar de volgende dagen tussen 5000 en 10.000 van hen worden vermoord.

September[bewerken | brontekst bewerken]

1 september

2 september

  • Onder druk van een Russische tegenaanval geven de Duitsers hun vooruitgeschoven positie in Jelnja op.

5 september

  • Het vasteland van Estland staat geheel onder Duits gezag.

6 september

  • De stad Leningrad krijgt voor het eerst te maken met een Duits bombardement.
  • De Joden in Vilnius worden in twee getto's geplaatst, waar velen de dood vinden.
  • De Russen heroveren Jelnja.

7 september

  • Grote luchtaanval van de RAF op Berlijn.

8 september

9 september

  • Iran stemt in met de Britse en Russische eisen. De Britten en Russen bezetten een aantal strategische plaatsen in Iran.
  • Joden in Slowakije verliezen alle burgerrechten.

15 september

  • De Duitsers installeren een zogenaamd zelfbestuur in Estland.
  • In Nederland worden strenge maatregelen tegen Joden van kracht, die ze de facto uitsluiten van het openbare leven.

16 september

18 september

  • De Japanners beginnen een offensief gericht op Changsha

19 september

21 september

  • Onder druk van aanvallen van de partizanen verlaten de Duitsers de Joegoslavische stad Užice.

24 september

25 september

  • Duitsland lanceert een aanval richting de Krim.

26 september

  • Ter vergelding van Duitse slachtoffers tijdens aanslagen van het NKVD, beslissen de Duitsers alle Joden in Kiev terecht te stellen.
  • Bij een poging tot omsingeling van de stad Changsha door de Japanners worden voor het eerst parachutisten gebruikt in de Chinees-Japanse Oorlog.

27 september

28 september

29 september

  • De Joden in Kiev worden verzameld onder het voorwendsel dat ze zouden worden geherhuisvest.

30 september

Oktober[bewerken | brontekst bewerken]

1 oktober

2 oktober

3 oktober

  • In Parijs blazen nazisympathisanten zes synagogen op.
  • Duitse troepen veroveren Tsarkoe Selo bij Leningrad.
  • Duitse tanktroepen veroveren het industriële centrum Orjol. Een gebrek aan brandstof belet hen echter verder op te stoten richting Toela.
  • Hitler houdt een voorbarige overwinningsrede: "De vijand in het oosten is vernietigd"

3 oktober - 4 oktober

  • Bij een bombardement van de Rotterdamse havenbekkens door RAF, komen ruim 100 mensen om door missers en afzwaaiers, die op woonwijken terechtkomen.

4 oktober

  • In Noorwegen waarschuwt de Duitse bezetter het Noorse volk om mee te werken of anders hongersnood tegemoet te zien na groeiende onrust en rellen.
  • In Vichy-Frankrijk zet maarschalk Pétain het doodvonnis van Paul Collette, die probeerde een aanslag te plegen op Pierre Laval en Marcel Deat, om in levenslange gevangenisstraf.
  • In Vichy-Frankrijk stelt maarschalk Pétain een eenheidsvakbond verplicht voor alle werkenden.

5 oktober

  • Begin van de Slag om de Zee van Azov
  • Nadat bekend wordt dat een Duitse legermacht ongehinderd oprukt naar Joechnov, krijgen de Russische legers uiteindelijk toestemming zich terug te trekken, dit blijkt echter al te laat te zijn. Een nieuwe verdedigingslinie wordt opgetrokken rond Mozjajsk.

6 oktober

7 oktober

  • In Rovno in Polen worden 17000 Joden doodgeschoten.
  • De Duitse 3e en 4e Panzergruppen sluiten de "Kessel" bij Vjazma. Zes Sovjetlegers zijn ingesloten.
  • Finland weigert toe te geven aan geallieerde druk om de strijd tegen de Sovjet-Unie te staken.
  • Begin van de herfstregenperiode aan het oostelijk front (raspoetitsa). De modder begint de Duitse opmars ernstig te vertragen.

7 oktober - 20 oktober

  • Door de zogenaamde "Kessels" van Vyasma en Briansk worden 673.000 Sovjetsoldaten en 1254 tanks ingesloten. Hierdoor wordt de Duitse opmars vertraagd en krijgen de Sovjets de tijd hun verdediging te versterken.

8 oktober

9 oktober

  • Turkije tekent een handelsverdrag met Duitsland om grondstoffen te leveren in ruil voor afgewerkte producten.

10 oktober

  • Generaal Zjoekov neemt het bevel op zich van de verdediging van Moskou.

11 oktober

  • De Macedonische bevolking begint een gewapende opstand met partizanenacties in Pripep.
  • De Sovjettank T34 komt voor het eerst in actie op het Moskou front.
  • De Duitsers bereiken Zoebtsov.

12 oktober

  • De RAF voeren hun eerste grootschalige nachtbombardement op Neurenberg uit.
  • De Duitsers nemen Tsaritsa in.

12 oktober - 26 oktober

13 oktober

Militair-Europa-Oostfront-Scandinavië

  • Kalinin wordt door de Duitsers bezet.

14 oktober

  • Begin van de eerste massadeportatie uit Duitsland naar Kaunas, Lodz, Riga en Minsk.
  • Einde van de strijd in de "Kessel" van Vjazma.

15 oktober

  • Evacuatie van de Sovjetregeringsdiensten en het Corps Diplomatique vanuit Moskou naar Koejbysjev. Stalin blijft in Moskou.
  • De beperkte evacuatie van Sovjetdiensten leidt tot paniek in Moskou, en grote aantallen burgers proberen oostwaarts te vluchten.
  • De Russische evacuatie van Odessa naar Sebastopol wordt voltooid.
  • De Russische spion in Tokio Richard Sorge meldt dat Japan zeker niet vóór het komende voorjaar een aanval op de Sovjet-Unie zal uitvoeren. Dit geeft Stalin de mogelijkheid de helft van de divisies in het verre oosten naar de omgeving van Moskou te verplaatsen.

16 oktober

  • Eerste deportatie van joden uit het protectoraat Bohemen en Moravië naar vernietigingskampen.
  • Duitse en Roemeense troepen trekken Odessa binnen.
  • Meer dan een half miljoen mannen, vrouwen en kinderen voltooien de nieuwe verdedigingsring rond Moskou.
  • De Japanse premier prins Fumimaro Konoye treedt af.

17 oktober

  • Oprichting van het Servisch comité voor de bevrijding van het volk in Užice.
  • De USS Kearny wordt getroffen door een torpedo vanuit de U-568. 11 opvarenden komen op, de eerste Amerikaanse gesneuvelden in de oorlog.

18 oktober

  • Generaal Hideki Tojo, Japanse minister van oorlog wordt benoemd als nieuwe premier. Hiermee wordt de kans op oorlog aanzienlijk vergroot.
  • Richard Sorge en zijn spionagegroep worden in Tokio gearresteerd.
  • De Duitse aanval op de Krim begint.
  • Deze en de volgende dag worden alle overblijvende 5000 Joodse inwoners van Marioepol vermoord.

19 oktober

  • Taganrog aan de Zee van Azov valt in Duitse handen.
  • Troepen vanuit Siberië en het Verre Oosten komen aan in Moskou.
  • Voor de Afrikaanse westkust wordt het Amerikaanse koopvaardijschip Lehigh door een Duitse U-Boot tot zinken gebracht.
  • In Moskou wordt de staat van beleg afgekondigd.

20 oktober

  • Beëindiging van de strijd in de sector van Briansk.
  • Stalin kondigt de staat van beleg af voor Moskou.
  • In Nantes vermoordt de communistische verzetsstrijder Gilbert Brustlein de plaatselijke commandant, luitenant-kolonel Karl Holz. Als vergelding worden twee dagen later 48 gijzelaars door de Duitsers geëxecuteerd.

21 oktober

  • Bij Kragujevac in Servië worden 2300 Serviërs afgeslacht door Duitsers en de plaatselijke fascistische militie als vergelding voor aanvallen door partizanen.
  • In Bordeaux zijn 100 mensen in gijzeling genomen en een uitgaansverbod is afgekondigd nadat een Duitse officier bij een aanslag om het leven is gekomen.

22 oktober

  • In Odessa sterft de Roemeense commandant, generaal Glugoscianu en 50 leden van zijn staf als gevolg van een bomaanslag. Als vergelding worden de volgende 2 dasgen 25000 Joden in en buiten de stad afgeslacht. De overige 40.000 Joden worden naar concentratiekampen afgevoerd.

23 oktober

  • Het Sovjetcommandosysteem wordt gereorganiseerd: generaal Zjoekov wordt verantwoordelijk voor de noordelijke sector, Timosjenko voor de zuidelijke sector.

Nederland en België

24 oktober

  • Adolf Eichmann keurt een plan goed om Joden te vergassen met uitlaatgassen in speciaal daarvoor aangepaste auto's
  • Charkov wordt veroverd door Duitse troepen
  • In Bordeaux worden vijftig gijzelaars geëxecuteerd.
  • Adolf Hitler geeft zijn troepen opdracht voor een opmars naar Voronezj.
  • In Vilnius worden alle Joden die geen 'Arbeitsschein' hebben, 5000 à 8000 personen, vermoord.

25 oktober

  • Het Britse slagschip HMS "Prince of Wales" vertrekt uit Engeland met bestemming Singapore om daar het vlaggenschip te worden van de nieuwe Britse vloot in het Verre Oosten.
  • Winston Churchill veroordeelt de Duitse vergeldingsexecuties in bezette gebieden.

26 oktober

  • De RAF bombardeert 's nachts Hamburg met 115 vliegtuigen.

27 oktober

  • In Kalisz in Polen worden 290 Joden uit een bejaardenhuis vergast met uitlaatgas in een eerste proef met een speciaal daarvoor aangepaste auto.
  • Bij Kovno in Litouwen worden 9.000 Joden, waaronder 4.273 kinderen door Duitse Einsatzkommando's vermoord.
  • De Duitsers veroveren Kramatorsk.
  • De Duitsers breken door op de Krim en bereiken Sebastopol.

28 oktober

  • De Duitse generaal Guderian voert een hernieuwde aanval op Moskou uit, maar komt door de modder niet vooruit.

29 oktober

  • In Kaunas worden 9200 Joden die 'ongeschikt om te werken' zijn verklaard, bijna de helft van hen kinderen, vermoord.

30 oktober

  • De Duitse troepen stoppen met aanvallen over land op Moskou om het opdrogen en harder worden van de grond af te wachten.
  • President Roosevelt van de Verenigde Staten verleent de Sovjet-Unie een lening van 1000 miljoen dollar om uitrusting te kunnen kopen via de Lend-Lease regeling. Er zal geen lening of aflossing worden geplaatst tot 5 jaar na het einde van de oorlog.

31 oktober

  • Vanuit Estland rapporteert SS-commandant Erich von dem Bach-Zelewski aan Berlijn dat er in Estland geen Joden meer overgebleven zijn.
  • De Luftwaffe bombardeert Moskou met 45 bombardementsvluchten.
  • Ten westen van IJsland wordt de Amerikaanse torpedobootjager USS Reuben James door de Duitse U-boot U-552 getorpedeerd. 115 van de 160 man tellende bemanning komen om. Het is het eerste Amerikaanse oorlogsschip dat wordt getroffen.

zonder datum (oktober)

  • In Servië worden massaal joodse mannen gearresteerd en geëxecuteerd.
  • Het zigeunergetto van Belgrado wordt gevormd.
  • Tegen de aanvallen van de Partizanen in Joegoslavië worden harde vergeldingsmaatregelen genomen: Voor elke gedode Duitse soldaat worden 100 burgers gedood, voor elke gewonde soldaat 50.

November[bewerken | brontekst bewerken]

1 november

  • Grootste deel van de Krim door de Duitsers bezet.

2 november

8 november

  • De Russen vallen de troepen van Heinz Guderian aan nabij Toela. De aanval mislukt, maar veroorzaakt wel in vertraging in Guderians opmars.
  • De Duitsers nemen Tichvin in, waarmee de verbinding tussen het Ladogameer en de rest van Rusland wordt afgesneden, en Leningrad dus nog meer geïsoleerd komt.

9 november

13 november

15 november

  • Jalta wordt door de Duitsers veroverd.

16 november

  • Groot Duits offensief richting Moskou.
  • De Duitsers nemen Kertsj in, aan het oostelijk uiteinde van de Krim.

17 november

  • In de nacht van 17 op 18 november 1941 ondernamen Britse commando’s een poging om Erwin Rommel, bevelhebber van het Afrikakorps te vermoorden. Rommel bleek zichzelf niet op de ondernomen plaats te begeven.

18 november

  • Herziening van de Neutraliteitswet in de Verenigde Staten.
  • Begin van Operatie Crusader, een Britse aanval in Noord-Afrika.

19 november

22 november

  • De Duitsers drijven de laatste Sovjettroepen uit Rostov.
  • De Russen brengen hoognodig voedsel naar het belegerde Leningrad met vrachtwagens over het bevroren Ladogameer.

24 november

  • De Duitsers nemen Klin en Solnetsjnogorsk in.
  • De Duitsers beginnen een terugtrekking uit Rostov vanwege zware Russische tegenaanvallen.

25 november

26 november

27 november

28 november

  • De Nederlandse onderzeeboot O 21 onder commando van Ltz I J.F. van Dulm brengt in de Golf van Cagliari de Duitse U-boot U-95 tot zinken.
  • De Russen heroveren Rostov.
  • De laatste Italiaanse troepen in Ethiopië geven zich over aan de Britten.

30 november

zonder datum (november)

  • De Japanners verspreiden met pest geïnfecteerde muggen die in China een epidemie veroorzaken.

December[bewerken | brontekst bewerken]

De geallieerden (blauw en rood) en de asmogendheden (zwart) in december 1941.

1 december

  • De Sovjets versterken het Europees front met troepen afkomstig uit de Aziatische sector.
  • Günther von Kluge start een offensief om de weg Minsk-Moskou in te nemen. Omdat het slagen van dit offensief beslissend lijkt in de strijd om Moskou, zet Georgi Zjoekov een hard tegenoffensief in.
  • In Malaya wordt vanwege de dreiging van een Japanse invasie de noodtoestand uitgeroepen.

2 december

  • Een Duitse patrouille bereikt Chimki. Dit is de kortste afstand tot Moskou die het Duitse leger in de oorlog zal bereiken.
  • De Russen voltooien de evacuatie van Hanko, een Sovjet-marinebasis aan de Finse zuidkust.

4 december

  • De Duitsers zijn door het Russische tegenoffensief teruggedreven naar hun posities van 30 november. Het Duitse slotoffensief tegen Moskou is mislukt.

5 december

  • Het Rode Leger begint een tegenoffensief in het gehele centrale deel van het front.

6 december

7 december

8 december

9 december

10 december

11 december

12 december

  • Begin van het Englandspiel.
  • Sovjets ontzetten het gebied van Moskou.
  • De Nederlandse onderzeeboot O 16 brengt in de Baai van Sungai Petani vier Japanse troepentransportschepen tot zinken.
  • De Nederlandse onderzeeboot K XII brengt voor de kust van Malakka een Japans vrachtschip tot zinken.
  • Voor het eerst worden er Franse Joden geconcentreerd, plaats is het doorgangskamp Compiègne.
  • Adolf Hitler geeft opdracht tot de uitroeiing van de Joden in geheel (door Duitsland gecontroleerd) Europa.
  • Slag bij Jitra: Brits-Indische troepen die bedoeld zijn om de Japanners in Noord-Malaya op te houden worden verslagen door een veel kleiner Japans leger met grote verliezen in mankracht en materieel voor de Britten.

13 december

  • Bulgarije verklaart de oorlog aan de Verenigde Staten en aan Groot-Brittannië.
  • De Britse marine behaalt bij Kaap Bon een overwinning op de Italianen. Twee Italiaanse kruisers met brandstof voor de Duitse en Italiaanse troepen in Noord-Afrika worden tot zinken gebracht.
  • De Japanners bezetten de Amerikaanse basis bij Guam.
  • De Nederlandse onderzeeboot K XII brengt bij Kota Bharu een Japanse tanker tot zinken.
  • De Britten ontruimen het vliegveld Victoria Point in zuid-Burma, dat vervolgens in Japanse handen valt.

14 december

15 december

  • De Nederlandse onderzeeboot O 16 loopt op een Japanse mijn in de Golf van Siam en zinkt. 41 van de 42 opvarenden komen om het leven.
  • Ierland verklaart neutraal te blijven.
  • De Russen veroveren Klin.

16 december

17 december

18 december

  • De geallieerden bezetten Timor.
  • De Japanners landen op Hongkong-eiland, waarheen de Britten in Hongkong zich teruggetrokken hebben.
  • De geallieerden verliezen drie schepen in de Middellandse Zee aan Italiaanse zeemijnen.
  • Twee Britse slagschepen raken ernstig beschadigd bij een Italiaanse aanval op de haven van Alexandrië.
  • Fedor von Bock geeft het commando over Legergroep Centrum aan het Oostfront over aan Günther von Kluge - officieel vanwege gezondheidsproblemen, maar waarschijnlijker vanwege Hitlers weigering hem een algemene terugtrekking toe te staan.

19 december

22 december

  • De Arcadiaconferentie, de eerste officiële bijeenkomst van Britse en Amerikaanse politieke en militaire leiders, begint.

23 december

  • Japan verovert het eiland Wake.
  • De Amerikanen op Luzon trekken zich terug naar Bataan.

24 december

  • De Vrije Fransen bezetten de eilandengroep Saint-Pierre en Miquelon.
  • De Britse troepen heroveren Benghazi.
  • Afrikakorps moet zich terugtrekken uit Cyrenaica.
  • De Japanners vallen Changsha aan.
  • De Japanners landen aan Lamon Bay, Luzon. Ze ondervinden weinig tegenstand omdat de Amerikaanse verdedigers geconcentreerd zijn aan de westkust van het eiland.
  • De Amerikanen verklaren Manilla een open stad. De militaire en civiele autoriteiten worden verplaatst naar Corregidor.

25 december

28 december

29 december

31 december

Referenties[bewerken | brontekst bewerken]