Karel van Rijckevorsel

Karel van Rijckevorsel
K.T.M. van Rijckevorsel als advocaat van Hanns Albin Rauter
Algemene informatie
Volledige naam Karel Thomas Maria van Rijckevorsel
Geboren Vught, 27 maart 1913
Overleden Den Haag, 13 oktober 1999
Partij KVP
Titulatuur mr.
Politieke functies
1952–1967 Lid van de Tweede Kamer
1972–1982 Lid van de Raad van State
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Nederland

Karel Thomas Maria van Rijckevorsel (Vught, 27 maart 1913Den Haag, 13 oktober 1999) was een Nederlands advocaat en politicus voor de KVP.

Familie[bewerken | brontekst bewerken]

Van Rijckevorsel, lid van het deels adellijke patriciaatsgeslacht Van Rijckevorsel, was een zoon van Thomas Cornelis Maria van Rijckevorsel (1882-1963), wijnhandelaar, en Adriënne Eugenie Françoise Maria Dorsman (1888-1975). Hij trouwde in 1936 met Maria Mathilde Francisca von Fisenne (1912-1998), lid van de familie Von Fisenne. Uit dit huwelijk werden vier kinderen geboren, onder wie publiciste Laetitia van Rijckevorsel. Van Rijckevorsel zelf was een neef van Cees van Rijckevorsel.[1]

Leven en werk[bewerken | brontekst bewerken]

Van Rijckevorsel doorliep het Stedelijk Gymnasium in 's-Hertogenbosch en studeerde vervolgens rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden. Hij werd vervolgens eerst notaris, om zich later toe te leggen op de advocatuur. In die hoedanigheid kreeg hij bekendheid toen hij tijdens de Bijzondere rechtspleging optrad als advocaat van de Oostenrijkse oorlogsmisdadiger Hanns Albin Rauter.

Hij werd in 1952 lid van de Tweede Kamer voor de Katholieke Volkspartij. Hij werd woordvoerder justitie. In 1959 dreigde hij niet herkozen te worden, maar mede dankzij een voorkeursstemmenactie, opgezet door de Haagse ondernemer Jacques Levi Lassen kon hij zijn zetel behouden. Van Rijckevorsel was tevens bestuurder van de Stichting Levi Lassen. Hij zou tot 1967 lid blijven van de Kamer. Hij maakte eind jaren zestig deel uit van een commissie van wijzen, die moest proberen de zogenaamde Christen-radikalen te behouden voor de KVP. Tussen 1972 en 1982 was hij lid van de Raad van State.

Op 27 januari 2017 besteedde de NRC aandacht aan de affaire van Adriana Nasoetion-van der Have, weduwe van Masdoelhak Nasoetion, die tijdens de Tweede Politionele Actie in december 1948 werd vermoord. Van Rijckevorsel trad als advocaat op voor Adriana van der Have, die de Staat der Nederlanden voor de moord aansprakelijk stelde. Van Rijckevorsel was als conservatieve, katholieke politicus gesproken mordicus tegen de Indonesische onafhankelijkheid, maar streed als advocaat met een even grote verbetenheid vóór de zaak van Van der Have en vóór een schadevergoeding. Uiteindelijk (1954) kreeg weduwe Nasoetion anderhalve ton in guldens uitgekeerd, hoewel Nederland aansprakelijkheid voor de moord bleef afwijzen.[2]

Op 7 februari 2024 besteedde de NRC aandacht aan de brieven van oorlogsmisdadiger Hanns Albin Rauter. Van Rijckevorsel werd daarin genoemd als advocaat van Rauter.[3]

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]